Toen civiel bouwkundig detacheringsbureau TASK hen enkele maanden geleden van inbreuk op een bestaand naamsrecht beschuldigde, zag de directie van Task24 de aangezegde rechtszaak dan ook ‘met vertrouwen tegemoet’. De gedachte was dat ‘24’ voldoende onderscheid toevoegt. En, wat nog zwaarder zou moeten wegen, beide bedrijven zijn actief ik totaal verschillende branches. Van enige concurrentiebeïnvloeding door de toch al onwaarschijnlijke naamsverwarring zou redelijkerwijs geen sprake kunnen zijn.
Groot was dan ook de verrassing toen de kortgedingrechter klager TASK in het gelijk stelde en de eis formuleerde dat Task24 voor 15 februari een andere naam aanneemt. Pogingen om de zaak te schikken, liepen stuk op beperkende voorwaarden en een door TASK gevraagde financiële compensatie, die een veelvoud bedraagt van de geraamde kosten van een naamsverandering.
Voor het kiezen van een nieuwe naam deed Task24 een appel op het bureau Globrands, dat op ‘Nspyre’ uitkwam. “Een naam waar iedereen direct enthousiast over was en die goed viel bij het personeel”, zegt Bus. Globrands bedenkt al 26 jaar namen als Essent, Senseo, Thalys, Yorin en Reaal en kan er prat op gaan dat nog nimmer een door hen geïntroduceerd merk met succes werd aangevochten.
Bus schat dat de naamsverandering zo’n 3 à 4 ton gaat kosten. Denk aan het haalbaarheidsonderzoek door een merkengemachtigd, een mediacampagne, aanpassingen in administratieve systemen, informeren van klanten en leveranciers, wijzigen van inschrijving bij de Kamer van Koophandel, aanpassingen van statuten, aanpassen van drukwerk en andere ‘huisstijldragers’, van bewegwijzering in de parkeergarage en de lift tot en met de website en de weggeefbalpennen. “Het vervelendste is natuurlijk de afleiding van datgene waar je eigenlijk liever mee bezig had willen zijn”, verzucht Bus, daar direct aan toevoegend: “Eén voordeel; we hebben het allemaal al een keer eerder gedaan.” Hij doelt daarmee op de verzelfstandiging van het bedrijf, dat in de zomer van 2008 van start ging als managementbuy- out van het toenmalige ‘Ordina TA’. ‘TA’ staat voor Technische Automatisering.
Dat Ordina, en kort daarop ook Atos Origin, zijn TA-divisie verkocht, heeft naast de officieel aangevoerde ‘strategische herpositionering’ veel te maken met de aard van het werk. Technische automatisering verschilt sterk van kantoorautomatisering, waardoor er nauwelijks sprake was van synergie. Waar het bij automatisering van de meer generieke back- en frontoffices vooral aankomt op reproduceerbaarheid van oplossingen, is bij technische automatisering bijna elke ‘softwareapplicatie’ een project op zich.
Een goed systeem voor polisbeheer, ontwikkeld voor verzekeraar A, kan een prima vertrekpunt voor een vergelijkbare oplossing bij verzekeraar B zijn. Maar software voor verkeerstunneltechnische installaties die Nspyre ontwikkelt voor de ene verkeerstunnel hoeft, als gevolg van verschillen in gebruiksvereisten, nauwelijks code gemeen te hebben met een ogenschijnlijk overeenkomstig systeem voor een andere tunnel. De software voor de aansturing van de taaitaaiproductielijn van Bolletje is totaal anders dan de R&Dgerelateerde software ten behoeve van een waferstepper (machine voor het maken van computerchips). Gebruik van standaardmodules of frameworks is bij Nspyre dan ook beperkt. Logisch, want ook de te besturen processen, systemen en machines van de opdrachtgevers zijn uniek. Bus: “Hoewel aanpak en teststrategieën deels her te gebruiken zijn, valt er softwaretechnisch geen ‘kopie’ te trekken en is het vaak efficiënter en beter voor de bedrijfszekerheid om maatwerk op de specifieke eisen te ontwikkelen. Iedere tunnel is immers anders, maar de domeinspecifieke ervaring van specialisten geeft uiteindelijk de doorslag.”
Een ander verschil tussen de automatisering van kantoorprocessen en technische IT is de betrouwbaarheidseis. Zonder af te willen dingen op de degelijkheid van het werk dat Ordina en Atos Origin afleveren, is testen van fysieke besturing een ander verhaal dan het testen van administratieve ondersteuning. In het laatste geval is de intensiteit van het testproces de uitkomst van een afweging van testkosten (en doorlooptijd) enerzijds en aanvaardbaar risico anderzijds: als het ergste is afgedekt, is een lijstje met te zijner tijd te verhelpen bugs en een herstart op z’n tijd als regel geen probleem.
Als de IT achter noodsituatieafhandeling van een verkeerstunnel faalt, zijn al gauw mensenlevens in gevaar.
Als een productiemachine van een glasfabriek even stilligt, dan stolt de inhoud.
Als de embedded software van een medisch apparaat een bug bevat, kan dat reden zijn voor een terugroepactie.
Oké, maar al die extra uitdaging, die hadden Ordina en Atos toch juist moeten koesteren, als een extra ‘smaakmaker’ in hun bedrijfscultuur, wat hun back- en frontofficeautomatisering alleen maar ten goede kan komen? Bus: “Dat zou je zo kunnen denken. Maar in de praktijk werkte het zo niet. Onder meer doordat je voor technische automatisering over het algemeen een ander type medewerker zoekt. Niet beter of slechter, maar wel echt anders. Om een goeie IT’er te zijn, moet je niet alleen van IT houden, maar je moet ook passie hebben voor datgene waar je die IT op loslaat. Dat geldt zowel voor administratieve IT als voor technische IT. Maar het betekent wel dat je in beide gevallen met verschillende mensen zit, die veelal ook een heel andere achtergrond hebben. Bij ons werken hoofdzakelijk mensen met een ingenieursopleiding of een exacte achtergrond. Nspyre heeft al met al een heel andere focus dan Ordina of Atos. Hoewel, dit jaar zijn we gestart met dienstverlening op het gebied van ICT-infrastructuren.”
Oct 24, 2024